Groeten uit Oregon
donderdag 11 juni
Aan de overkant van de oceaan, in Canada en de beide Amerika's komt de overzeese tegenhanger van onze steenuil voor, de holenuil (Athene cunicularia). Collega David Johnson doet daar sinds 2008 onderzoek naar het functioneren van de populatie en om ervaring op te doen met het beschermen van dit geweldge interessante dier.
Zijn onderzoeksgebied bestaat uit open prairie-landchap, afgewisseld met laag struikgewas. Het bevindt zich op de grens van de staten Oregon en Washington en beslaat ongeveer 4.500 hectare. De populatie daar bestaat uit zo'n 50 paartjes (38-65) en vormt de grootste deelpopulatie in de regio. Holenuilen broeden, zoals de naam al doet vermoeden, in holen. Maar dan ondergrondse. De laatste decennia is er een enorm te kort aan ontstaan, onder andere doordat een belangrijke holenleverancier - de Amerikaanse das - fors in aantal is afgenomen als bij-effect van een anti-cyote programma. Om in de leemte te voorzien experimenteerden ze met kunstmatige holen. Inmiddels zijn er 92, die op 1 na, allemaal ten minste een keer bezet zijn geweest. Toen ze in 2008 met het programma startten, telde. de populayie nog slechts 3-4 paartjes. Nu dus gemiddeld 50. Je kunt dus wel van een succes spreken.
Meer informatie in het blog op Beleef de Lente.